Vorige week stond er een wedstrijd van Borussia Mönchengladbach op de agenda. Zoals altijd, tickets lang op voorhand gekocht. Het plan was met een vriend te gaan. Dat feestje ging door omstandigheden niet door. Even rondbellen bood geen soelaas. Dan rest nog de vraag, ga ik alleen of blijf ik thuis?
Eigenlijk is daar weinig vraag! Als ik moet kiezen in de zetel zitten of iets gaan doen, dan is het voor mij makkelijk. Uit huis! Niet dat ik niet graag thuis ben bij Vicky en de jongens. Maar altijd thuiszitten, dat kan je later nog genoeg doen in het rusthuis! Snel even met de auto richting Duitsland! Twee uurtjes later zit ik toch weer in dat grote luide stadion. Even alleen van huis is toch een moment van rust, en dus me-time. Maar kan je dat wel zo noemen als 1/3 van die tijd gedeeld is met 47000 andere mensen?
Het was me toch wat kouder dan ik dacht, dus heb ik zowaar een koffie genomen. That’s a first! En nodig was hij. Ik ga jullie voor de rest niet vervelen met de details van het voetbal. Alleen dat het slecht was. Gelukkig had ik plaatsen waar er veel Belgen rondom mij zaten die samen mee gefrustreerd konden zijn op de prestatie van de spelers.
Tegen dat mijn voeten goed genoeg waren om in een whiskey glas te steken ben ik terug op weg naar huis gegaan. Omdat ik nog niet gegeten had, kon ik het niet laten een Quinoaburger en curley fries te gaan eten onderweg naar huis.